Kies het juiste antwoord

/20

Woordenschat test

Woordenschat test

1 / 20

Je [flexibel] opstellen.

2 / 20

Je moet dat op zijn [merites] beoordelen.

3 / 20

Ze zijn [partieel] leerplichtig.

4 / 20

Convocatie

5 / 20

Dat wordt in de [annalen] opgenomen.

6 / 20

Een sterretje als teken om te verwijzen. Welk woord past bij de omschrijving?

7 / 20

Je moet dat [rationeel] oplossen.

8 / 20

Royalty

9 / 20

Je moet niet te veel [pretenties] hebben.

10 / 20

Die directeur gaat meestal wat [opportunistisch] te werk.

11 / 20

Die kwestie [intrigeert] mij.

12 / 20

Parijs is een [metropool].

13 / 20

Er wordt gebruikgemaakt van een [antecedentenonderzoek].

14 / 20

Dat bedrijf heeft veel [potentie].

15 / 20

De [missie] van die onderneming is mij niet duidelijk.

16 / 20

De uitbarsting van een vulkaan. Welk woord past bij de omschrijving?

17 / 20

Wij willen geen [substituut].

18 / 20

Die rustige man ging op geen enkele [provocatie] in.

19 / 20

Na dat ernstige ongeval had hij last van [hallucinaties].

20 / 20

De heer Voermans [pretendeert] een andere baan te krijgen.

Beste deelnemer,

 

Bedankt voor het meedoen met deze test.

Voor het kunnen inzien van uw resultaten dient u uw naam en e-mailadres in te voeren.

Indien u de test hebt gehaald ontvangt u automatisch een deelname certificaat op het opgegeven e-mailadres.

Your score is

0%